Afbeelding
Donkersgoed Multimedia

Meerderheid raad en college botsen over indicatie huishoudelijke hulp

13 mei 2020 om 11:15 Politiek

PUTTEN Drie partijen in de Puttense gemeenteraad komen in de eerstvolgende raadsvergadering met een motie rond de interpretatie van de beoordeling van de huishoudelijke hulp. Zij willen dat bij een herindicatie cliënten niet worden beoordeeld volgens de nieuwe norm zoals deze sinds 1 januari van dit jaar wordt gehanteerd.

Wijnand Kooijmans

Wel komt er, maar hierover vindt nog overleg plaats tussen Wij Putten, ChristenUnie en CDA over het aantal jaren waarbinnen bij herindicatie de bestaande rechten blijven gehandhaafd. Dit omdat het hieraan geen beperkingen stellen juridisch niet haalbaar dreigt te worden. Wilma van Voorst (WijPutten): ,,Ook wij snappen dat we niet tot 2040 met twee kaders voor de beoordeling kunnen blijven werken.”

SGP De drie partijen vinden de SGP op hun weg. Jan van den Brink van deze partij kiest voor de weg die het college wil inslaan. Dat houdt in dat niet alle vijfhonderd bestaande indicaties opnieuw onder de loep worden genomen, maar dat hiervoor de weg van de geleidelijkheid wordt gekozen. Dat betekent dat herindicatie pas plaats vindt in het jaar dat de lopende indicatie afloopt. Voor dit jaar gaat het dan om 140 herindicaties die volgens de nieuwe normen worden beoordeeld. De praktijk is dat dan minder uren hulp nog worden geboden.

Gemeentebelangen vindt het vreemd dat hun oordeel wordt gevraagd. Henk Koornneef: ,,Wij hebben al aangegeven dat de nieuwe wijze van indicatie wat ons betreft helemaal niet behoeft te worden ingevoerd. Mede omdat wij ons de vraag stellen hoe rechtvaardig een ongelijke behandeling is. Ik vraag mij af of wij een motie nodig hebben om ons over de beleidsregels uit te spreken. Wat ons betreft blijft de indicatie bij een herindicatie zo lang mogelijk recht overeind staan.”

GELD Voor Jan van den Brink staat voorop dat er goede huishoudelijke hulp blijft geboden worden. Maar dat is wat hem betreft ook mogelijk bij een nieuwe indicatie. Het geld dat bespaart wordt door de nieuwe werkwijze ziet hij ingezet voor andere doelen, zoals bijvoorbeeld de jeugdzorg. Teun-Jan van Ooijen (ChristenUnie) wil dat de overheid zich een betrouwbare partij toont. Mensen mogen, wat hem betreft, bij een herindicatie niet de dupe worden van nieuw beleid dat door de gemeenteraad is vastgesteld.

AFGEWOGEN Annemarie van de Brug (CDA) vindt dat bij herindicatie de oude rechten moeten blijven bestaan. Hierbij heeft haar partij de financieel nadelige gevolgen bewust afgewogen. Wethouder Ewoud ’t Jong wijst op de financieel nadelig gevolgen van de uitvoering van de motie. Maar stelt ook dat een afwijkend beleid voor een lange periode juridisch niet haalbaar is. En dat moet, zo vindt hij, zwaar wegen bij de besluitvorming. Hij blijft van mening dat de geleidelijke overgangsregeling, zoals voorgesteld door het college, een passende is. 

Volgens hem zijn de meeste herindicaties na vijf jaar niet meer aan de orde. Hij wil echter voorkomen dat mensen tien tot twintig jaar rechten kunnen ontlenen aan de indicatie uit het verleden. In mei valt de beslissing in de gemeenteraad.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie