De Dorpstraat van Putten, kort na de bevrijding.
De Dorpstraat van Putten, kort na de bevrijding. Bron foto: Teunet Knoppert

Vandaag 75 jaar geleden: 'Groot feest, maar ook vragen over de razzia'

17 april 2020 om 07:00 Historie 75 jaar Herdenken Putten

PUTTEN Putten beleefde in september 1944 een flinke domper. De geallieerde opmars stopte bij Arnhem en werd gestaakt. Hoop op een snelle bevrijding van de Duitse bezetter werd snel opgegeven. Uiteindelijk kwam die bevrijding er, maar pas op 17 en 18 april 1945, vandaag 75 jaar geleden­­­­­­­­­­. Historicus en oud-wethouder Evert de Graaf legt uit hoe die dag en de aanloop daarnaartoe er precies uitzag.

,,Na de mislukte slag om Arnhem konden de Duitsers zich in Nederland herpakken. Ze kregen weer even lucht, nadat ze maandenlang gevochten hadden", begint De Graaf zijn uitleg. ,,Ze werden daarbij ook strenger naar de bevolking. Verzet werd vanaf dat moment meedogenloos bestraft. Een triest voorbeeld is daarvan bij uitstek de Puttense razzia, op 1 en 2 oktober 1944."

De geallieerden, onder leiding van generaal Bernard Montgomery, hadden vanaf de mislukte slag geen prioriteit meer om de rest van Nederland nog in 1944 te bevrijden. ,,Zij richtten in plaats daarvan hun pijlen op het Duitse Rijnland. In het Ruhrgebied vond de Duitse oorlogsindustrie plaats. Was dat veroverd, dan zou de rest, waaronder Nederland, snel volgen", legt De Graaf uit. De plannen van september 1944 bleven in de la liggen.

FESTUNG HOLLAND Pas in april 1945 kwamen de plannen weer boven water en werd er vaart gemaakt met de bevrijding van de rest van Nederland. Ook het oosten van het land was inmiddels vrij. De Duitsers hadden echter nog een groot deel van 'Festung Holland' (grofweg de Randstad) in handen. De Graaf: ,,Dat was voor hen ook heel belangrijk. De Veluwe speelde in dat plan een cruciale rol. Vanaf hier konden er nog troepen naar de 'Festung' verplaatst worden. De Zuiderzeestraat naar Amersfoort en de haven van Harderwijk om per boot naar Amsterdam te vluchten, moesten ten koste van alles bereikbaar blijven."

GROOT VERZET De geallieerden zaten dus niet meer stil. Zij kwamen vanaf Otterlo, om daarna de rest van de Veluwe snel te bevrijden. Het plan was om via Barneveld, Voorthuizen en Putten naar Harderwijk te stoten. ,,In Otterlo stuitten de Canadezen echter op zwaar verzet", vertelt De Graaf. ,,Daar is nog van straat tot straat en van huis tot huis gevochten. Daarna stuitten de bevrijders ook in Voorthuizen, bij de Prinsenkamp wederom op grote weerstand. Daar hadden de Canadezen daarnaast ook veel last van de sloten en soppende weilanden. De route naar Harderwijk moest opengehouden worden."

Op dinsdag 17 april vond daar in de namiddag een doorbraak plaats. Via de Voorthuizerstraat trokken de Canadezen naar Putten. De Duitsers hadden sinds begin april in het dorp het hoofdkwartier liggen van de Duitse verdediging. Generaal Johannes Blaskowitz maakte in 'Huize Fimulco' aan de Harderwijkerstraat de dienst uit.

Antitankgeschut stond goed gecamoufleerd tussen de bomenDoor de aanwezigheid van de generaal was ook Putten daarom sterk verdedigd. ,,Het antitankgeschut stond goed gecamoufleerd tussen de bomen opgesteld", vertelt De Graaf. De Canadezen bestookten het dorp op hun beurt met kogels en granaten. ,,In het centrum en aan de Voorthuizerstraat werden veel huizen vernield." Daarbij viel één burgerslachtoffer. ,,In het huis van de familie Arends kwam de 21-jarige Gerard om het leven."

PANTSERVUISTEN De Duitsers wisten de Canadezen daarnaast bij Putten nog te verrassen. ,,Bij de Heihaas liep een aantal Canadese tanks in een hinderlaag. De Duitse bezetter liet vier tanks ongemoeid passeren. Daarna werden de andere tanks met pantservuisten bestookt. Tijdens die gevechten verloren de Canadezen twaalf van de zeventien tanks. De bemanning van de eerste vier tanks moest noodgedwongen hun voertuig achterlaten. Later werden die weer teruggevonden in de kleuren van de Wehrmacht in Amersfoort", weet De Graaf. De Canadezen John Walkula, John Wallace, Frederick Waters en Charles Pewtress kwamen bij deze Duitse aanval om het leven.

Artikel gaat verder onder de afbeelding. 

Een tank met Canadese soldaten tijdens de bevrijding ter hoogte van Het Puttertje. 

Toch bleek ondanks deze kleine overwinning op de Canadezen het spel voor de Duitsers gespeeld. ,,Op 18 april volgde in het centrum de triomfantelijke intocht van de Canadezen. Op de eerste tank zat de Puttense verzetsstrijder Jan Nijenhuis. Hij volgde terwijl hij zat ondergedoken een cursus Engels. Een dag eerder had hij zichzelf als tolk aangeboden bij de Canadezen", vertelt De Graaf. ,,Hij wees een drietal officieren de weg naar de katholieke kerk. Daar meldden zij zich bij Pater Bollinger, met de boodschap dat Putten bevrijd was. Ze lieten een kort bericht achter: '18th April 1945 Putten (Veluwe). The day of our liberation by the Canadian Army'."

WAPEN OP SCHERP Op de straat werd feest gevierd. ,,Direct na de bevrijding hing de Nederlandse vlag in de Puttense kerktoren en waren veel mensen op de been", gaat De Graaf verder. ,,Het was een prachtig moment. De Canadezen deelden vanuit de tanks sigaretten en chocolade uit." Helaas kreeg de dag snel een donkere rand. ,,De Canadees Robert Ashton wilde wat pakken uit de tank. Daarbij raakte hij per ongeluk de trekker van zijn wapen dat op scherp stond. Een aantal kogels vloog daarbij in het rond. Daarbij werden mevrouw Bedijn van 67 en mevrouw Schotanus van 21 dodelijk getroffen. Een derde persoon raakte gewond. Canadees Ashton liet tot zijn dood elk jaar bloemen op het graf van mevrouw Bedijn plaatsen."

Artikel gaat verder onder de afbeelding. 

Tankbataljon '8th New Brunswick Hussars' uit Canada bevrijdde Putten uiteindelijk. 

Vrij snel na de bevrijding van het dorp trokken de Canadese tanks van 8th New Brunswick Hussars op naar het IJsselmeer. In het buurtschap Steenenkamer had een aantal Duitsers zich verschanst achter een aantal boerderijen. Met pantservuisten werden de tanks bestookt. Er volgden zware beschietingen van de Canadezen, waarbij elf boerderijen vernield werden. Een aantal Duitsers sneuvelde, maar ook drie burgers: Willempje van Wyncoop (51) en het echtpaar Mondfrans. Ze waren hun stad Nijkerk ontvlucht vanwege de beschietingen door de Canadezen. Hij was 26 en zij 23 jaar. Hun beide kleine kinderen, een jongen en een meisje, bleven gespaard.

Ook maakten de Canadezen vaart met hun opmars richting Ermelo en Harderwijk om de haven daar te bemachtigen. De meeste Duitsers waren inmiddels al weg. ,,In Putten bleef men feestvierend, maar ook met vragen achter", verzucht De Graaf. ,,Waar bleven de ruim zeshonderd weggevoerde Puttense mannen? En wanneer zouden ze terugkomen? Op die vragen kwam pas antwoord op 10 mei. Toen werd duidelijk dat de meeste mannen niet terug zouden keren en kwam na de feestvreugde vooral veel verdriet…"

Door Rik Bronkhorst 

Je las zojuist een artikel van De Puttenaer Premium. Wil je meer premium artikelen lezen, schrijf je dan in.
Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie