Niet gedwongen van het aardgas af in Putten

PUTTEN Wie niet van het aardgas af wil, zal ook niet in 2030 van het aardgasnet worden afgesloten. Het vrijwillig treffen van maatregelen staat hoog in het vaandel bij de Puttense gemeenteraadsleden. Met wel het besef dat er terdege stappen moeten worden gezet, omdat het Rijk in 2050 Nederland aardgasvrij wil hebben.

Wijnand Kooijmans

Dat werd duidelijk tijdens de commissie economie, bestuur en openbare ruimte bij de bespreking van de notitie ‘Wonen in Putten zonder aardgas.’ Er zijn zes criteria opgesteld op basis waarvan de selectie voor de wijken is gemaakt. Hierbij speelt onder meer het kostenaspect voor de bewoners een rol.

WIJKEN Op grond hiervan komt de wijk Putten Zuid-West als eerste uit de bus om aardgasvrij te worden. Het gaat om het gebied Nijkerkerstraat-Dorpsstraat-Engweg-Halvinkhuizerweg-Van Geenstraat. Gevolgd door de wijken Bijsteren en Husselerveld, het centrum van Putten, het bedrijventerrein Keizerswoert en het bedrijventerrein Hoge Eng.

Ellis van Dam (Gemeentebelangen) vindt dat men zo snel mogelijk op weg moet naar het realiseren van een aardgasvrije wijk, waarbij wel inzicht moet zijn over de haalbaarheid. Evert van Rijk(SGP) vindt wel enig voorbehoud op zijn plaats, omdat iedere maand wel technieken veranderen. ,,Daarom moeten wij niet te hard lopen en eerst zorgen voor een goede isolatie van de woningen. We moeten kleine stappen maken", vindt hij. 

WARM Van Rijk verwijst ook naar het belang van eventuele subsidiemogelijkheden en noemt als voorbeeld de wijk Ermelo-West. Bewoners krijgen daar per woning 12.000 euro subsidie. ,,Dat is geen kleinigheid, maar zonder subsidie krijg je de mensen niet warm om van het aardgas af te gaan." Herman Luitjes (Wij Putten) vindt het vinden van draagvlak van het allergrootste belang. Volgens hem is er ook de tijd om aan het draagvlak te werken. ,,Daar hebben we dertig jaar de tijd voor. Bouw flexibiliteit in, eerst isoleren is verstandig en pak een geschikt moment, bijvoorbeeld als de cv-ketel moet worden vervangen.”

ENERGIEBESPARENDE MAATREGELEN Luitjes vindt dat de plannen ter inzage moeten worden gelegd. De inwoners moeten aan de hand daarvan in de gelegenheid worden gesteld hun zienswijzen in te dienen. Hij gaat akkoord met het eventueel breder inzetten van het duurzaamheidsfonds. Daaruit wordt nu vooral de aanleg van zonnepanelen gestimuleerd. De focus zou in de toekomst meer op energiebesparende maatregelen kunnen worden gelegd. Lubbert van den Heuvel (ChristenUnie) is blij dat de gemeente Putten geen aanvullende voorwaarden stelt ten opzichte van het Rijksbeleid. Hij wil dat alle mogelijkheden voor subsidie van provincie, Rijk en eventueel Europa worden ingezet, maar is voorlopig niet bereid om in het aardgasvrij maken van woningen ook Puttens geld te steken. 

Wim van de Koot (CDA) stelt vrijwilligheid ook voorop, maar is ook geschrokken van de hoge kosten om sommige woningen aardgasvrij te maken.Het gaat dan om bedragen rond de 100.000 euro.

GELD Wethouder Bert Koops wil kijken waar gelden zijn weg te halen. Hij beseft dat de ene inwoner er niet op zit te wachten om de woning aardgasvrij te maken, waar de ander snel stappen wil zetten. ,,Het is een langdurig proces tot 2050, waarbij het voor ons als gemeente belangrijk is inwoners duidelijk te maken dat hierin ook een rol voor hen is weggelegd. Ik hoop dat het gegeven van vrijwilligheid de mensen daarbij rust geeft.”

Of een klein warmtenet haalbaar is voor het centrum van Putten moet, zo gaf de wethouder aan, nog worden onderzocht. Met name Herman Luitjes zet vraagtekens bij de haalbaarheid daarvan omdat er wellicht te weinig sprake is van een voldoende groot verstedelijkt gebied. Er komen wijkuitvoeringsplannen en daarin moet concreet worden gemaakt wat de kosten zijn om een wijkaardgasvrij te maken. De hoogte daarvan valt, zo geeft het college van burgemeester en wethouders aan, nu nog niet in te schatten.

CAMPAGNE Voor de wijken die niet in de top-vijf voorkomen wil het college een campagne starten om bewoners te stimuleren hun woning zo veel mogelijk te isoleren. Dit tot een niveau dat het mogelijk maakt de woning in de toekomst op elke alternatieve warmtebron aan te sluiten. De flexibiliteit, zoals gewenst, wil het college bereiken door zich in eerste instantie te richten op reductie van het gasverbruik en het verlagen van de temperatuurbehoefte in alle wijken. Daarbij moet worden gedacht aan isolatie van vloer, gevel, glas en/of dag, het dichten van kieren en efficiënt ventileren. 

In antwoord op vragen van Jan van de Brink (ChristenUnie) geeft het college aan dat bij de reconstructie van het centrum niet gelijk de voorzieningen voor een warmtenet worden aangelegd. Het onderzoek moet uitwijzen of zo’n net haalbaar is, omdat er flinke investeringskosten aan zijn verbonden.