Pastoor Rubrech uit Putten: pater familias of pedo-pastoor?

21 december 2011 om 00:00 Nieuws

PUTTEN - In de week dat het rapport van de commissie Deetman over seksueel misbruik in katholieke instellingen verschijnt, komen ook de verhalen naar buiten over het vermeend seksueel misbruik in de Puttense rooms katholieke samenleving. Tegen de Puttense pastoor Rubrech (94) zijn inmiddels officiële klachten ingediend. Ook zijn er meerdere brieven gevonden waarin ouders melding maken van misbruik van jonge jongens in de jaren zestig. Het gaat in enkele gevallen om kinderen, die destijds bij de pater in huis verbleven.

Door Jeanne Dijkstra

Een van de jongens is de pleegzoon, die op 12-jarige leeftijd werd opgenomen in het huis van de pater. Hij kwam uit een hel van huiselijk geweld en terreur en dacht in een veilige wereld terecht te zijn gekomen. Maar, volgens de pleegzoon die inmiddels 54 is, werd hij van begin af aan door de pastoor onderworpen aan ongewilde liefkozingen en ongewenste intimiteiten. Volgens de pater echter is dat niet juist en heeft de pleegzoon een kusje voor het slapen verkeerd geïnterpreteerd. Hij zou zich alleen als een vaderfiguur voor de pleegzoon hebben opgeworpen. Beide mannen vertellen hun kant van het verhaal. Het lijkt alsof ze door het lot tot elkaar veroordeeld zijn. Met als gevolg een rechtszaak die nauwelijks nog lijkt te kunnen worden afgewend.

Het verhaal begint met de pleegzoon die als kind aanpassingsproblemen heeft op school. Hij wil liever niet met zijn naam genoemd worden. De man werd gruwelijk mishandeld door zijn stiefmoeder en kwam terecht op de de katholieke school in Putten. Op de Gabriëlschool gaf schoolpastoor Rubrech seksuele voorlichting aan jongens van 11/12 jaar in de beslotenheid van de directiekamer. De 12-jarige jongen wordt vervolgens in het huis van de pater opgenomen. ,,Ik was toen 12 jaar oud. Even dacht ik van een gevangenis in een veilige wereld te zijn gekomen, maar dat duurde niet lang. Van lieverlee wilde hij kusjes voor het slapen gaan en tongzoenen. Hij verscheen elke avond bij mijn bed. Ik wist nog uit te brengen 'ik ben geen meisje' waardoor ik de bedtherapie gelukkig kon afwenden. Maar ik wist dat ik zo weer naar huis gestuurd kon worden. Iedereen geloofde mijn sluwe stiefmoeder.'' Volgens het slachtoffer ging de pastoor met hem intussen door met de bad- en doucherituelen die zouden bestaan uit strelen, kussen, ruiken aan zijn borst, zuigen aan zijn tepel. ,,Ik voel nog de haartjes'', zegt hij aangedaan. ,,Ik en de andere aanklagers vechten tegen een machtige achterbakse club die aanklachten gewoon van tafel vegen. Men verschuilt zich achter de hoge leeftijd en de broze conditie van de pastoor, maar men vergeet wat hij de slachtoffers heeft aangedaan. Daarom ga ik door en sleep ik de pastoor voor het gerecht. Dit misbruik moet worden gestopt.''

Pastoor Rubrech uit Putten zegt geen flauw idee te hebben dat er meerdere aanklachten van misbruik van minderjarige jongens tegen hem zijn ingediend. ,,Het gaat om de jaren '60, dat is vijftig jaar geleden. Ook klopt de aanklacht en het verhaal van mijn pleegzoon niet.'' Volgens de 94-jarige pastoor, die opmerkelijk vitaal is en zeer bij de tijd, betrof de klacht die in 1998 door de commissie werd afgewezen, een 14-jarige jongen uit Ermelo die psychische problemen had. ,,Omdat ik psychisch geschoold was zou ik hem testen om te kijken of ik hem kon helpen. Hij bleek echter een IQ van 75 te hebben, dat betekende dat hij verstandelijk beperkt was. De klacht aan de bisschop was totaal uit de lucht gegrepen en zo absurd dat de commissie deze direct heeft afgewezen. Het was een keurig uitgetypt briefje dat deze jongen nooit kon hebben geschreven. Daarvoor was zijn Nederlands niet toereikend. De klacht werd dan ook van tafel geveegd.''

Van andere brieven met aanklachten, waarvan de hulpbisschop Hoogenboom op 10 december j.l. tijdens het getuigengehoor sprak, weet hij niets. ,,Ik heb deze brieven niet kunnen inzien, dus ken ik de inhoud ook niet. Het gaat om brieven van meer dan 50 jaar terug. In 1960 was ik pastoor in Ermelo en daarvoor in Utrecht. Ik werkte daar 12 jaar in het jeugdwerk. Het ging om een nieuwe wijk en daar kwam ik met heel veel jongeren in aanraking.'' Met de klacht van de pleegzoon is hij bekend. Rubrech is verdrietig om deze nare zaak, waarop hij uitgebreid ingaat. (Lees de Puttenaer 21 december).

,,Ik weet niet meer alles van 50 jaar terug. Misschien heb ik wel eens een kusje gegeven, maar meer kan ik mij niet herinneren.''

Lees de volledige interviews met de pleegzoon en pastoor Rubrecht woensdag in De Puttenaer.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie