Gedreven motivator bij Rood-Wit '58

Debuut Albert van Nijhuis als hoofdtrainer

PUTTEN Na twee jaar in de reserve hoofdklasse als trainer van SDC Putten 2 is Albert van Nijhuis dit seizoen voor het eerst hoofdtrainer bij Rood-Wit'58. Samen met assistent Marchel Kamphuis wil hij de derdeklasser weer op de kaart zetten, maar wel gefaseerd. ,,We gaan dit seizoen voor handhaving.''

Marco Jansen

Motiveren, enthousiasmeren en beter maken. Met die insteek is Albert van Nijhuis (41) gestart aan zijn eerste klus als hoofdtrainer. De Puttenaar is energiek en bevlogen en krijgt ook anderen mee. Zo is er op zijn verzoek sinds kort een fanatieke twitteraar bij de wedstrijden van het eerste. Als hoofdtrainer kan Van Nijhuis zelf ook beter zijn ei kwijt. ,,Ik heb nu een grotere groep en kan nu echt tactisch trainen. Als iedereen erbij is, heb ik minimaal twintig mensen op het veld staan. Dan kun je twee teams tegenover elkaar zetten. Je hebt de spelers ter beschikking die je op zaterdag wilt gebruiken. Dan kan je trainen wat je tijdens de wedstrijd wilt terugzien. Bij het tweede elftal van SDC Putten hoorde ik pas op donderdagavond na de training hoeveel spelers er van de A-selectie aansluiten. Pas daarna kon ik de posities invullen en het plan voor zaterdag maken. Nu kan ik alles trainbaar maken en weet iedereen waar hij aan toe is.''

De oud-aanvaller maakt stappen in het trainerschap. Bij SDC Putten werd hij 7e en 10e in de reserve hoofdklasse. ,,Ze hadden nog nooit een jaar overleefd in de reserve hoofdklasse en zijn er nu twee keer in gebleven. Ik heb hier twee jaar met plezier gewerkt. Daarvoor heb ik ontzettend veel opgestoken van Bert van Hunenstijn, bij wie ik stage heb gelopen voor mij TC2-cursus. Ik was toen samen met Marchel Kamphuis assistent. Nu is hij mijn assistent en we hebben bij SDC, Sparta en VVOG ook samen gespeeld.''

ONS KENT ONS Rood-Wit'58 is in vergelijking met SDC Putten vooral veel kleinschaliger, merkt Van Nijhuis. De clubcultuur is 'ons kent ons' en binnen zijn team zijn veel familiebanden. ,,We hebben vier setjes broers: Stoffer, Van Nieuwenhuizen, Doppenberg en Van Meerveld. Op dinsdag trainen we als laatste, dan is de kantine na afloop helemaal leeg. Dat is wel bizar. Maar verder merk ik niet zoveel van cultuurverschillen.''

Zijn groep is flink verjongd en daardoor tempert Van Nijhuis de verwachtingen. ,,Er zijn zeven spelers gestopt, waarvan een groot aantal basisspelers. Twee spelers van SDC 2 (Mark Doppenberg en Wijnand van Pijlen) met een Rood-Wit verleden en Rody Epping, een jongen van SDC 3, zijn gekomen en zes jongens uit de jeugd van Rood-Wit. We zijn ervaring en de doelpuntenmachine Barry Grevengoed, de topscorer van vorig jaar kwijt. Vorig jaar is Rood-Wit er op de laatste dag in gebleven door twee keer te winnen in de nacompetitie. Het doel is dit jaar dus handhaving. De voorbereiding was goed, daarover ben ik super tevreden. Kanttekening is dat we weinig weerstand kregen. In de beker waren we verplicht om door te gaan.''

HANDBOEK Aan Van Nijhuis zal het niet liggen. Hij wil zijn gedrevenheid en winnaarsmentaliteit overbrengen en laat niets aan het toeval over. ,,Ik heb een handboek geschreven van 46 kantjes en dat heb ik besproken in het trainingskamp. Het is een schitterend mooi boek geworden met alle regels en omgangsvormen die de spelers samen met de staf hebben gemaakt. Daar houden we ons ook aan. Ik steek veel energie in dat soort zaken, zodat ik geen politieagentje hoef te spelen. Ik bel trainers die ik ken over de tegenstanders, maar ook de TC probeert informatie in te winnen. Samen met Marchel maak ik een plan voor de komende wedstrijd. Hebben we een goed plan, dan kunnen we het iedere tegenstander moeilijk maken.''