Martijn als boswachter aan het werk op landgoed Groevenbeek.
Martijn als boswachter aan het werk op landgoed Groevenbeek. Joyce Kruizenga-Elskamp
Dit doe ik…

Boswachter Groevenbeek: ‘Wij willen gezonde bossen’

2 februari 2023 om 17:58 Overig

PUTTEN Iedereen doet iets bijzonders. De een heeft een speciale of grote verzameling, de ander een leuke hobby en weer een ander kan met vrijwilligerswerk iets voor een ander betekenen. Ook zijn er mensen die een bijzondere sport beoefenen. Dit keer vertelt Martijn Kassenberg over zijn werk als boswachter voor Natuurmonumenten.

Bij een boswachter denk je al snel aan een oudere man met een hoed op en een grote snor. Maar de vijfentwintigjarige Martijn Kassenberg past totaal niet in dat plaatje. Net klaar met de opleiding, vertegenwoordigt hij een nieuwe generatie jonge boswachters. Martijn: ,,Ik woon en werk nu ongeveer een half jaar in Putten. Hiervoor in de regio Arnhem, waar ik Bos- en Natuurbeheer heb gedaan in Velp. Mijn eerste stage was bij Staatsbosbeheer en ik merkte dat werken in de bossen goed bij mij past.” 

,,Nu werk ik sinds een half jaar bij Natuurmonumenten, locatie Groevenbeek. Hier ben ik een derde deel van mijn werk toezichthouder en doe ik tweederde deel bosbeheer. Maar als ik dan toevallig een motor tegenkom in het bos, spreek ik hem of haar hier natuurlijk wel vriendelijk op aan dat dat niet mag. Ook stuur ik groepjes vrijwilligers aan, die willen meehelpen in het bos. Juist die afwisseling vind ik zo leuk.”

,,Deze maanden voeren wij op Groevenbeek boswerkzaamheden uit. Dat doen wij op een zo natuurlijk mogelijke manier, om een gezond en weerbaar bos te krijgen. Wanneer je niets doet, ontstaat er een soorten arm, dicht bos. De diversiteit gaat achteruit, want één soort boom trekt maar een beperkt aantal soorten vogels, vlinders en andere dieren aan. Ook wordt het bos kwetsbaar. Een gezond bos is gebaat bij open plekken en veel dood hout.”

OPEN PLEKKEN ZORGEN VOOR DIVERSITEIT

,,Daarom halen wij bewust bomen om. We halen hier zoveel mogelijk uitheemse Douglas sparren, lariksen en Amerikaanse eiken weg. Zo ontstaan open plekken. Hier is het vochtiger, er valt minder blad en wind en daglicht hebben vrij spel. Op schaduwrijke plekken groeien beuken, fijnsparren en esdoorns, op lichte plekken juist berken, eiken en essen. Zo krijg je opgroei van allerlei verschillende leeftijden en soorten.”

„Wij markeren de bomen, waar iets mee moet gebeuren met een R, een V of een O. De R staat voor Ringen. Dan maken wij een snee rondom de bast, waarmee wij de sapstroom verstoren en de boom langzaam dood gaat. De V staat voor Vellen en laten liggen en de O voor Omtrekken. Dat doen we tijdens zogenoemde ‘lier-sessies’. Een lier is een trekwerktuig van staal en een handig hulpmiddel om een boom om te trekken. Dat is best specialistisch werk. Met een lier zet je spanning op de boom, waardoor deze gecontroleerd kan omvallen. Hier zijn risico’s aan verbonden. Denk aan vallende bomen, het werken met hout onder spanning en zoals vandaag: losschietende kabels. Maar je moet natuurlijk ook niet per ongeluk aan de kant van de loskomende kluit gaan staan. Op zo’n kluit groeien weer de meest prachtige soorten, zoals vingerhoedskruis, lijsterbes, varens en mossen. Zo raak ik als boswachter nooit uitgekeken.”

Joyce Kruizenga-Elskamp

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie
advertentie